Voor sommigen een delicatesse in knoflookboter, maar voor de meesten een vervelend ongedierte in je tuin: de slak. Ik ga samen met jou de strijd aan!
beeld boven: Vyacheslav Mishechenko
Persoonlijk vind ik het schattige beestjes. Ze zijn lekker langzaam, dus ik schrik niet van ze, ze hebben schattige voelsprietjes en ze doen eigenlijk geen vlieg kwaad. Maar als je graag tuiniert of een moestuin hebt, kunnen slakken voor wel voor overlast zorgen.
Ze eten namelijk de blaadjes van jouw mooie groene planten, kruiden of groenten op. En elke doorgewinterde hobby-tuinman- of vrouw baalt natuurlijk stevig van een aangevreten gewas wat met liefde is aangelegd.
beeld boven: Vyacheslav Mishechenko
Vandaag vertel ik je daarom alles over slakken: over de soorten, hoe je een slakkenplaag voorkomt en hoe je ze natuurlijk en ecologisch kunt bestrijden.
Wereldwijd zijn er namelijk wel 60.000 tot 75.000 verschillende soorten slakken, dus dat is wat veel om hier te bespreken. Daarom heb ik het vandaag over de slakken die je het meest in je tuin tegenkomt: de Tuinslak en de Naaktslak.
Als je goed zoekt, heb je er zo één gevonden in je tuin. Maar ze leven ook buiten jouw tuin.
Je herkent de tuinslak aan zijn slakkenhuisje. Dat beschermt hem tegen vijanden en zorgt ervoor dat hij niet uitdroogt. Een slak is tweeslachtig, ofwel: een mannetje en een vrouwtje tegelijk.
In het Latijn heet de tuinslak Capaea Nemoralis. Je herkent hem aan zijn vier voelsprietjes (twee grote en twee kleine) en het bolvormige huisje op zijn rug. Dit huisje heeft strepen, een diameter van 18 x 22 millimeter en de kleur varieert van strogeel tot heldergeel, roze of bruin.
beeld boven: Vyacheslav Mishechenko
Zijn ‘broertje’ heet Capaea Hortensis lijkt erg op hem, maar die heeft een wat groter huisje van 14 x 17 millimeter en het huisje heeft een witte rand.
Deze slakken leven vooral in bossen, hagen en tuinen en komen overal in Europa voor. De Capaea Hortensis zelfs tot in IJsland!
Deze gladde jongens ben je vast ook wel eens tegengekomen in je huis of tuin. De naaktslak (ook: wegslak) wordt in het Latijn Arion Ater genoemd. Een naaktslak heeft geen slakkenhuis en is daarom kwetsbaarder voor natuurlijke vijanden en zeer gevoelig voor uitdroging. Daarom leven ze altijd in een vochtige omgeving en komen ze pas tevoorschijn na een regenbui. Van warmte en zonlicht houden ze ook niet zo heel erg, dus ze zijn vooral ’s nachts actief.
Naaktslakken kunnen, net als tuinslakken, schade veroorzaken aan je tuin. Het zijn flinke eters, dus ze kunnen in korte tijd heel veel blad verorberen. En sommige soorten leven ondergronds, dus die vinden het heerlijk om aan de wortels van jouw planten te knabbelen. Niet alleen maar slecht nieuws over deze jongens overigens, want ze zijn ook nuttig: ze zijn gek op dode planten en groenresten, dus ze ruimen je tuin ook wel weer op.
video boven: Angelo Dorny
Als je eenmaal een slakkenplaag in je tuin hebt, wil je er natuurlijk het liefst zo snel mogelijk vanaf. Je wilt je (moes)tuintje natuurlijk mooi en gezond houden. Er bestaan een heleboel chemische bestrijdingsmiddelen, maar die zijn slecht voor het milieu en gevaarlijk voor kinderen en huisdieren.
Kies daarom altijd voor natuurlijke en milieuvriendelijke ongediertebestrijding, ook als het om slakken gaat. En daar bestaan een heleboel leuke trucjes voor, die buitengewoon goed werken!
Versnipper de eierschalen of oesterschelpjes tot kleine stukjes en leg een cirkeltje ervan rondom je planten. De buik van slakken is namelijk kwetsbaar en gevoelig, dus de scherpe stukjes van de eierschalen en schelpjes vinden ze niet prettig. Ze zullen je plantjes dus met rust laten.
Van een bakkie koffie wordt een slak niet blij en al helemaal niet van koffiedik. Bewaar je koffiedik dus altijd goed en breng ook dit in een cirkel om je planten aan. De slak zal ver uit de buurt van jouw mooie planten blijven.
Deze korrels bevatten ijzerfosfaat en als de slak ervan eet, gaat hij er dood aan. Dit alternatief is heel milieuvriendelijk, want het is ongevaarlijk voor de overige bezoekers van je tuin, zoals zoals egels, vogels, honden, katten en zelfs kinderen. Zij zijn namelijk niet gevoelig voor de werking van deze korrels.
Dit is ook een milieuvriendelijk alternatief. Graaf een schaaltje in, in de aarde bij je planten en vul deze met een laagje bier. Slakken zijn namelijk gek op het gist dat daarin zit en gaan eropaf. Omdat slakken geen A diploma hebben, zullen ze verdrinken.
video boven: MoesMeisje
Dit zijn microscopisch kleine parasieten, die heel natuurlijk werken bij het bestrijden van een slakkenplaag. Ze worden geleverd als poeder, dat je in water oplost en dat giet je op de aarde van je tuin. De aaltjes gaan de grond in en gaan op zoek naar de slakken. Ze leggen hun eitjes in de slak en de larven van de aaltjes eten de slak dan van binnenuit op. Een heel milieuvriendelijke manier, maar helaas niet erg diervriendelijk.
Mijn persoonlijke mening: gebruik de aaltjes, slakkenkorrels en het bier echt alleen als je een grote slakkenplaag hebt. Kies anders voor de twee diervriendelijke opties daarvoor, want die zijn net zo effectief.
beeld boven: mr. Pokee
Deze ken je natuurlijk vast! Vogels en egels zijn gek op slakken en eten graag hun buikje rond aan ze. Dus als je echt ecologisch en duurzaam aan de slag wilt met je tuin, dan zorg je ervoor dat het een fijne plek wordt voor deze twee diersoorten. Zij helpen je heel graag van de slakken af namelijk!
Dit betekent dat je bodembedekking aanbrengt tussen je planten. Denk dan aan boomschors, houtsnippers, stro of gras. Slakken vinden het uiterst vervelend om met hun tere buik over onregelmatige oppervlakken te bewegen, dus blijven ver uit de buurt van jouw planten.
Ik zou zeggen: geniet vooral van je tuin en alle dieren die het met zich meebrengt. En pas als je echt-heel-veel last hebt van slakken, bestrijd ze dan zo dier- en milieuvriendelijk mogelijk.
Succes met tuinieren!