Foto: electrazelfdoen

Je eigen elektrische installatie doen

Zelf de elektrische installatie in huis aanpakken: het kan een hoop geld besparen als je handig bent. Wij vertellen je meer over veiligheid en de basisprincipes van elektriciteit.

Theo 01 Augustus 2024

Zelf de elektrische installatie in huis aanpakken: het kan een hoop geld besparen als je handig bent. Wij vertellen je meer over veiligheid en de basisprincipes van elektriciteit.

Veiligheid voorop

Werken met elektriciteit is niet zonder risico's: van het krijgen van een ‘schok' en een stroomstoring tot brandgevaar! Zorg daarom dat je altijd spanningsloos werkt door de hoofdschakelaar uit te schakelen voordat je begint. Controleer dit eventueel met een spanningszoeker, ga niet aan de slag zonder het gebruik van isolerende handschoenen voor elektrisch werk en gebruik goed geïsoleerd gereedschap. Als je ergens over twijfelt, is het verstandiger om een vakman in te schakelen.

Ken de basisprincipes van elektriciteit

Het is belangrijk om te begrijpen hoe alles werkt. Stroom (in ampère) is de hoeveelheid elektronen die door een geleider stroomt. Spanning (in volt) is het verschil in elektrische lading tussen twee punten. Weerstand (in ohm) is de mate waarin een object de stroom tegenhoudt. Elektriciteit heeft altijd een gesloten circuit (stroomkring) nodig om te kunnen stromen, van de bron (zoals het lichtnet) via de geleiders (draden) en elektrische apparaten terug naar de bron. Bij wisselspanning, zoals in het lichtnet, wisselt de stroomrichting voortdurend. Begrijp ook het verschil tussen fase (bruin), nul (blauw) en aarde (geelgroen).

Gebruik de juiste bedrading

Te dunne bedrading kan oververhit raken. Doorgaans is 1,5 mm2 voldoende voor verlichting en 2,5 mm2 voor wandcontactdozen. Gebruik voor vaste bedrading VD-draad, die voldoende geïsoleerd en slijtvast is. Voorzie de uiteinden van de juiste stekkers, lasklemmen of kroonsteentjes. Leg kabels zoveel mogelijk weggewerkt aan om struikelgevaar of beschadiging te voorkomen. Gebruik kabelgoten of pijpen om kabels te bundelen en te beschermen. Zorg ook voor de juiste kleurcode en voorzie ze eventueel van labels, zodat je ze later makkelijk kunt identificeren.

Plaats de juiste beveiligingen

Elektriciteit is belangrijk, maar een goede installatie heeft wel de nodige beveiligingen tegen kortsluiting en overbelasting! Zo heb je de hoofdzekering in de meterkast. Maar ook elke groep moet apart beveiligd zijn met een zekeringautomaat (installatieautomaat) of smeltveiligheid (stop) van de juiste sterkte (in ampère) om oververhitting en brand te voorkomen. Om schokvorming te voorkomen, plaats je een aardlekschakelaar. Deze schakelt de spanning razendsnel uit als er stroom 'weglekt', bijvoorbeeld als er vloeistof in een apparaat komt of iemand onder spanning komt te staan.

Documenteren en testen

Maak een schematische tekening van de elektrische installatie, zodat je precies weet wat waar zit en hoe het met elkaar verbonden is. Geef met kleuren de verschillende groepen aan en noteer het vermogen van de groepen en de aangesloten apparaten. Deze documentatie kun je later raadplegen bij uitbreidingen of problemen. Tot slot moet je de nieuwe installatie testen, voordat je het in gebruik neemt. Controleer met een multimeter of er geen onderbrekingen zijn en meet de weerstand (tussen fase en nul en tussen fase en aarde minstens 1 megaohm (1 MOhm) zijn. Bij lagere waarden kan er sprake zijn van isolatiefouten, met alle risico's van dien. Test ook of alle schakelaars, wandcontactdozen en aansluitpunten correct werken. Controleer of de aardlekschakelaar goed functioneert door op de testknop te drukken. Schakel ten slotte de spanning weer in en meet nogmaals of alles naar behoren werkt.

Reacties