Het creëren van een gunstig klimaat in de woning is punt één, het behouden van dit prettige klimaat is het volgende. Het isoleren van de woning is belangrijker dan je misschien denkt.
Een woning verliest warmte via de ramen, de muren, het dak en de begane grondvloer en voor een deel ook door ventilatie. Isoleren vermindert het warmteverlies en verbetert het wooncomfort. Een gemiddelde Nederlandse woning is matig geïsoleerd. Daar verstookt men ongeveer 2.150 m³ gas voor verwarming; in een goed geïsoleerd huis is dat slechts 700 m3. Bovendien wordt het binnenshuis comfortabeler en hebben de bewoners minder last van geluid, tocht, vocht en muffe luchtjes.
In de woning kunnen diverse isolaties worden toegepast. We kunnen drie soorten isolatie onderscheiden. Deze kunnen samen geplaatst worden of je kunt een keuze maken tussen de verschillende varianten. Isoleer de gevel, het dak en de vloer voor een energiezuinig en prettig binnenklimaat.
Bij gevelisolatie staat de constructie van de buitenmuur centraal. De terugverdientijd van het plaatsen van gevelisolatie varieert van ongeveer drie jaar (spouwmuurisolatie) tot meer dan twintig jaar (isoleren van buitengevel). Bij spouwmuurisolatie wordt de ruimte tussen de binnen- en buitenmuur geheel of gedeeltelijk opgevuld met isolatiemateriaal, bijvoorbeeld minerale wol. Het is een eenvoudige manier om te isoleren en vooral ook heel rendabel. Bovendien zie je er niets van en is onderhoud niet nodig. Bij het isoleren van de buitengevel wordt de isolatielaag afgewerkt met pleisterwerk of andere gevelbekleding. Buitenisolatie levert dan ook de meeste energiebesparing op, maar is over het algemeen behoorlijk ingrijpend en kostbaar. Bovendien is het niet altijd mogelijk, omdat het uiterlijk van de woning verandert. Binnenisolatie is redelijk eenvoudig zelf te doen door middel van het plaatsen van een voorzetwand.
Dakisolatie levert het meeste op en heeft bij zelf doen een terugverdientijd van twee jaar. Je bespaart meer als het isolatiemateriaal zorgvuldig wordt aangebracht, dus zonder kieren, goed bevestigd en indien nodig met een dampremmende laag aan de warme zijde. Bij een schuin dak is isoleren zowel aan de binnenkant als aan de buitenkant mogelijk. Bij isolatie aan de buitenkant wordt het isolatiemateriaal bevestigd tussen het houten dakbeschot en de dakbedekking, meestal de dakpannen. Geschikte isolatiematerialen zijn gespoten verlijmde korrels of minerale wol. Het isoleren van het dak van buitenaf moet worden uitbesteed aan een professioneel bedrijf. Het schuine dak kan ook aan de binnenkant geïsoleerd worden; dit is minder kostbaar en redelijk eenvoudig zelf te doen. Veel warmte kan verloren gaan via luchtlekken bij het dakbeschot, de dakdoorvoeren, de aansluiting van dak op bouwmuur en de dakvoet. Deze luchtlekken moeten dan ook goed worden afgedicht. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld stroken of restjes minerale wol. Liever geen schuim.
Zowel houten als betonnen vloeren kunnen worden geïsoleerd. De isolatiemogelijkheden van je vloer op de begane grond hangen af van de aanwezigheid en de hoogte van een kruipruimte, kelder of andere onverwarmde ruimte. Heb je een kruipruimte van vijftig centimeter of hoger, dan kun je kiezen tussen isolatie van de onderkant van de vloer. Isolatiemateriaal wordt dan bevestigd onder de draagvloer of tussen de draagvloer en de gewapende dekvloer. Het isoleren van de onderkant van de vloer levert het meeste comfort op. Het isoleren van de bovenkant van de vloer is bovendien lastiger. Er kan een isolatielaag op de bestaande vloer aangebracht worden. Nadeel is dat de vloer hiermee hoger komt te liggen. Een andere mogelijkheid is om de oude vloer te verwijderen en een nieuwe vloer met isolatie neer te leggen. Let op voldoende ventilatie in de kruipruimte.